Lezen: Jesaja 62:1-5
Johannes 2: 1-11
Gemeente,
Eigenlijk is het vandaag een beetje een feestdag, elk jaar hoor je op deze zondag in het jaar hetzelfde verhaal, net als op Kerstmis en met Pasen. Op deze een beetje bijzondere zondag, en ze noemen deze zondag “Kanazondag”, lezen we om te beginnen een lied uit het boek van de profeten Jesaja.
Dit lied, bijna aan het eind van dit boek, zingt over dat prachtige nieuwe land met een trotse hoofdstad, Jeruzalem. Een hoofdstad met wachters op de muren. En het mooiste is dat alle volken de gerechtigheid van dat land zullen zien zingt,de profeet. Mooie taal in zo’n lied maar omdat het veel en vaak is herhaald zonder betekenis wordt het voor ons pas echt mooi als we ons ook die betekenis realiseren.
Die gerechtigheid komt alleen als de weg van de richtlijnen gevolgd worden die het volk in de woestijn van God had gekregen. In de Woestijn daar, waar je op zoek moest naar fris en helder water, ontdekte het volk Israël dat je alleen niet kon overleven, alleen een volk kon worden door een bijzondere richtlijn voor een menselijke samenleving, richtlijnen om eerlijk te delen, zorgen dat iedereen mee kan doen, zorgen voor de armen, de zieken en de zwakken. Die richtlijnen worden bewaard en beschermd in de Tempel in Jeruzalem en pas als alle volken kijken naar die richtlijnen dan wordt het vrede op aarde.
In de Bijbel staat het belang van de armen en onderdrukten voorop. En als het hele land, ja alle landen in de wereld, vol zijn van de liefde voor de minsten, voor de zwaksten, dan kun je spreken over een bruiloft. De werkers trouwen met het land, zodat iedereen op de wereld te eten heeft, en God trouwt met het volk, zodat er vrede en gerechtigheid heerst. Een prachtig lied van de Profeet Jesaja.
Dat beeld van een bruiloft vindt je op allerlei plaatsen in de Bijbel terug. Wij weten inmiddels wel wat een feest het kan zijn als twee mensen een leven lang met elkaar in liefde met elkaar weten op te trekken en samen lief en leed weten te delen en elkaar trouw weten te blijven.
Te vaak mislukt dat ook , met alle pijn die dat met zich meebrengt. Te vaak ook eindigt zo’n relatie in de dood van een van de partners, vaak onverwacht of toch nog te snel en altijd ongewenst. Maar ook dat verdriet kan het mooie van het beeld van de bruiloft niet wegnemen, integendeel, dat verdriet kan ook maken, dat de herinnering aan de sterke band een nog mooiere glans krijgt. En daarmee wordt ook de boodschap van de Bijbel eigenlijk nog mooier, een God die met je meetrekt zoals bruid en bruidegom met elkaar meetrekken, een God die nooit laat varen het werk dat zijn hand begon.
Dat beeld van een bruiloft lezen we ook in het overbekende verhaal van de bruiloft in Kana. En dat het verhaal overbekend is zet ons gemakkelijk op een verkeerd spoor. Centraal komt te staan het wonder van het water dat in wijn wordt veranderd en als je het zo zegt lijkt het op een goocheltruc. Ik heb Fred Kaps ooit zoiets zien doen. Hij vouwde een krant tot een trechter, goot daar een karaf water in en goot de krant leeg in een andere karaf en dan bleek het rode wijn te zijn geworden. Maar Jezus van Nazareth was geen goochelaar. Die verandering van het water in wijn heeft een andere boodschap dan hoe knap of gewiekst die Jezus was. Het was een teken staat er, het eerste teken van zijn optreden. En naar de betekenis van dat teken moeten we dus op zoek.
Het plaatsje Kana bestaat alleen in het Johannes evangelie en komt daar drie keer voor
De eerste keer dat Kana voorkomt is hier in het verhaal van het bruiloftsfeest, dat alles met dood en leven te maken heeft. Geleerden zeggen daarom ook wel eens dat je voor Kana gerust Kanaaän mag lezen, wat hier gebeurd is voor het hele land bestemd. Het verhaal over de bruiloft in Kana wordt dus niet verteld om duidelijk te maken dat Jezus ook wel van een feestje hield, maar als een verhaal over God, Christus en mensen, over dood en leven, over water en wijn.
Een verhaal over dood en leven is iets anders dan een verhaal over leven en dood. De bijbel kent de verhalen van leven en dood maar al te goed en vertelt ze, begrijpt ze. Echt vrolijke verhalen zijn het haast nooit, maar daartegenin klinken de verhalen van dood en leven, zoals het verhaal van de bruiloft te Kana.
Het gebeurt op de derde dag, zo horen we. Over tweede of vierde of vijfde dagen hoor je haast nooit wat, wel over derde dagen. Dat komt omdat dingen zich zo goed laten vertellen in drie dagen, in drie bedrijven. Je hebt de eerste dag, het begin, de geboorte, op de tweede dag draait alles, gaat het zijn gangetje, is er leven, tot de derde dag, dan begint er iets nieuws, in het verhaal van Johannes begint er dan nieuw leven.
Op de derde dag begint het in Kana, op de dag van het einde is er een bruiloft. Dat is misschien een wat aparte dag voor een bruiloft, maar het is dan ook een aparte bruidegom die ons daar uitnodigt; God zelf.
En Johannes zet die drie dagen heel uitdrukkelijk op een rij. Op de eerste dag wordt Jezus van Nazareth gedoopt, dan gaat hij zelf door het water van de dood heen en komt de Heilige Geest op hem en spreekt God uit dat hij de geliefde zoon is. Op de tweede dag zoekt Jezus zijn volgelingen, bij het water, het zijn vissers, en op de derde dag volgt dan die bruiloft in Kana. Het lijkt wel of in drie dagen het hele leven en sterven en de opstanding van Jezus van Nazareth wordt verteld..
Als God de bruidegom is, zoals Jesaja ons heeft verteld, dan is die bruiloft misschien beter georganiseerd dan het lijkt. Goed de wijn is op, maar wat verwacht je anders op de derde dag. Alle wijn, hoeveel er ook is, raakt op een gegeven moment op, dat is het verhaal van leven en dood, of je nou een doodzieke patient bent of een kerngezonde marathonschaatser, op een dag is de wijn op, is het de derde dag.
Als de wijn des levens dan, onvermijdelijk, op is en al wat nog rest, het water is dat nooit op zal zijn, het onuitputtelijke water van de dood, dan wordt het tijd voor de beste wijn van de bruidegom. Die staat niet zomaar op tafel en het is goed om erop te letten dat Jezus dat water niet zomaar in wijn verandert, daar zijn in dit verhaal een hoop dienaren voor nodig en zes vaten.
Waarom vaten? Het water moet ergens in voor er iets mee kan gebeuren, de chaos moet structuur krijgen, grens en vorm en zo herinneren de zes vaten ons aan de zes dagen waarin hemel en aarde geschapen worden, aan hoe de doodse oerchaos vorm krijgt in Gods scheppende werk. Gods Geest daalde wel op Jezus van Nazareth neer, maar Gods Geest begon met te zweven over de aarde, een aarde die toen nog woest en ledig was.
De dienaren die met hun emmertjes water in die vaten staan te scheppen, in opdracht van Jezus, nemen een klein beetje deel aan het grote scheppen van God. Zo worden mensen ingezet voor Gods werk, om de bruiloft van de bruidegom te laten slagen.
Zes is het getal van mensenwerk in de bijbel. Zeven is de sabbat is af is klaar is werk van God, zes is minder, is onaf, is mensenwerk dat nog op Gods bekrachtigende zegen wacht. Zes vaten staan dus voor mensenwerk, voor leven met de wet en de profeten want Jezus komt niet zomaar, Jezus komt de wet vervullen, zoals hij zelf zegt, hij kiest vaten voor het joodse reinigingsritueel, vaten van de wet. Gods geboden helpen ons op weg om onze bijdrage te leveren aan Gods schepping.
Daartoe roept Jezus de dienaren op, meedoen, Gods wegen gaan, water in die vaten scheppen zodat hij iets heeft om wijn van te maken. Zo is ook de spanning met Maria zijn moeder voelbaar. Wij willen vaak zo graag, wij willen vaak onze God of Jezus van Nazareth inzetten als een goochelaar, als Fred Kaps van vroeger, of Hans Kazan maar Jezus werkt niet met de knip van zijn vingers, het scheppende Woord van de God van Israël is niet afdwingbaar. God werkt met en door mensen.
Dienaren zijn en blijven daarom nodig, die doen wat Jezus zegt en die tegen beter weten in misschien met het koude natte water van hun doodlopende levens in de weer gaan, om dat koude natte doodse water in Gods vaten te scheppen.
Krijgen we wijn daardoor? Geen druppel, het blijven zes vaten vol water, mensenwerk en het heeft weinig zin om tussendoor te proeven van het water, of het al opschiet met die wijn…
Maar als we op die derde dag, op die laatste dag bij de ceremoniemeester staan met dat kruikje koud water, wat zal die dan opkijken en verbijsterd naar de bruidegom lopen en als hij dan zegt: “u hebt de beste wijn voor het laatst bewaard” dan geeft de bruidegom misschien een knipoog aan Jezus en hij kijkt vriendelijk naar zijn dienaren, misschien kijkt ie zelfs vriendelijk naar die arme ceremoniemeester die er ook niets van begrijpt en dan zegt de bruidegom: Ja, ik heb de beste wijn voor het laatst bewaard en die wijn, die gaat nooit meer op.
Jesaja zegt dat de zonen van het volk trouwen met Jeruzalem, de zonen en dochters van de stad geven zich over aan de richtlijnen van de God van Israël, de richtlijnen voor een menselijke samenleving, de leer van Mozes. Maar moet die wijn niet rijpen? Is oude wijn niet kostbaarder dan jonge wijn? Mogen ouderen zich stiekum soms ook de kostbare wijn voelen van de bruidegom? Wijn beurt bedroefden op, geeft energie, schept vreugde onder mensen, niet in overmaat maar juist als mensen een hart onder de riem nodig hebben. En is dat ook niet de samenvatting van de belangrijkste richtlijn van God: heb uw naaste lief als uzelf? Zij die het grootste deel van ons leven achter ons hebben weten wat het betekent, Zij kunnen het dus ook doorgeven.
Dat hoeft niet altijd groots en meeslepend te zijn, het kan in een glimlach voor iemand die vriendelijk voor ons is, een compliment voor iemand die voor ons zorgt of een hand uitsteekt als we die nodig hebben, dan kan voor een luisterend oor, waar wij de tijd voor hebben en die wij zo vaak kunnen bieden. Paulus zegt ergens dat we het kwade door het goede moeten bestrijden. Wie weet heeft van de beste wijn van de bruidegom kan dat goede elke dag opnieuw bieden, waar we ook wonen, waar we ook zijn, wie we ook zijn. Allemaal zijn we genodigd tot het bruiloftsfeest van de Heer. Laten we daarom van het leven dat ons is gegeven een feest van maken, een bruiloftsfeest waar de liefde voor elkaar voorop staat..
amen
Geef een reactie