Lezen: Jesaja 50: 4-7
Lucas 19: 28-40
Gemeente
In de aanloop naar het komende Paasfeest slaan we vandaag in het Oecumenisch leesrooster voor de zondag het boek van de Profeet Jesaja open. Christenen die later dat boek gingen lezen herkenden in het hoofdstuk van vandaag ineens de martelingen die Jezus van Nazareth moest ondergaan rond Goede Vrijdag. Het boek van Jesaja gaat echter over de ballingschap. Aan het boek van Jesaja hebben meerdere mensen meegeschreven maar het beeld van een knecht van God, een dienaar van de Liefde, die, dwars tegen alle ellende, vasthoudt aan de kracht van Liefde die zal overwinnen, komt meerdere malen in het boek voor. Dit is dan de derde keer dat er over gezongen wordt, want in de oorspronkelijke tekst heeft het alles van een lied, een blues zeg maar, een slavenlied dat de vrijheid bezingt, hoop geeft en uitzicht op een leven zonder ellende.
Dat dit lied achteraf doet denken aan Jezus die vele eeuwen later zou optreden is niet zo heel vreemd. Het lied gaat over het recht en de gerechtigheid die vervangen worden door martelingen en vernederingen maar uiteindelijk wint het recht. Ook Jezus van Nazareth zal berecht worden en vernederd en voor de Christenen kwam ook in dat proces leugen en vernedering in plaats van het recht en de gerechtigheid zoals die in de Bijbel worden beschreven.
Ook vandaag de dag kan dat gebeuren. Soms leidt ons rechtssysteem tot schrijnende onrecht. Ons rechtssysteem is niet feilloos. Hoeveel politiemensen, officieren van justitie en rechters ook naar een zaak kijken, het kan zijn dat ook bij ons in de naam van het recht onrecht geschied. Daarom kan voor elke zaak herziening gevraagd worden als er nieuwe feiten zijn, daarom is er een commissie die een zaak nog eens opnieuw kan bekijken als er twijfel is aan de goede gang van zaken. Maar daarmee wordt nog niet altijd recht gedaan aan al die mensen die lijden in de wereld. Natuurlijk kunnen we er op vertrouwen dat er uiteindelijk altijd recht wordt gedaan, God heeft ons dat immers beloofd, maar omdat we er zo op mogen vertrouwen kunnen en moeten we er ook altijd om blijven roepen, tegen alle lawaai en goedgepraat in. Ook misdadigers uit de Tweede Wereldoorlog worden nu, na ruim 70 jaar, nog steeds berecht en veroordeeld. Dat moet hoop geven en een voorbeeld zijn.
Rechtvaardigheid en gerechtigheid zijn in onze samenleving sterk afhankelijk van de opvattingen van de machtigen en de rijken. Politieke processen horen er eigenlijk niet gevoerd te worden. Maar politici laten zich nogal eens leiden door opiniepeilingen, een klein deel van het volk mag dan zeggen wat belangrijk is. Ook rechters laten zich leiden door de maatschappelijke onrust die is ontstaan. Als er een breed gedragen opvatting is over wie de dader is van het misdrijf dat wordt berecht dan is er de neiging die breed gedragen opvatting sterker te laten wegen dan de feiten. De oproep om niet vooraf te oordelen maar te oordelen op basis van betrouwbare bewijzen zoals de Bijbel dat in de leer van Mozes ook ons voorhoudt wordt dan vergeten,
Lucas zet in het lijdensverhaal van Jezus van Nazareth de rechtvaardigheid van rijken en machtigen tegenover de liefde zoals die door Jezus van Nazareth is gepredikt. Wij laten het lijdensverhaal meestal beginnen op Palmpasen, dan trekt Jezus eindelijk publiekelijk door iedereen te zien naar Jeruzalem. Lucas begint dat verhaal door het thema van het lijdensverhaal duidelijk neer te zetten.
De ene eigenaar en machthebber helpt de andere, machtigen bepalen vanzelfsprekend je handelen. Lucas speelt hier met woorden. Voor “Heer” en “eigenaar” wordt in het Grieks hier hetzelfde woord, Kurios, gebruikt. In het Latijn staat dan “Ceasar”, bij ons komt het woord “Keizer” hiervandaan. Wie heeft nu de ezel nodig? De Heer, de Kurios, staat er als antwoord en je kijkt wel uit de Romeinse keizer iets te weigeren. Maar je Heer, je regeerder is degene die je zelf als Heer, als regeerder erkent. Daarom spreken we in de kerk gemakkelijk over Heer. Niet omdat vrouwen er buiten gehouden moeten worden, integendeel, maar omdat er voor Christenen maar één Heer van de wereld is, de God van Israël en zijn Zoon Jezus van Nazareth. En aangezien de eigenaren van ezel niet vragen wie de leerlingen als Heer erkennen krijgt in dit geval Jezus zonder veel moeite zijn ezel.
Het is dus een Keizerlijke intocht die Jezus van Nazareth in Jeruzalem te wachten staat. Eindelijk is het zover. Vanaf het verhaal van Zacharias, de profeet die z’n mond moest houden, tot aan deze intocht draait het hele verhaal van het Evangelie van Lucas om de reis naar Jeruzalem. Op twee momenten in het jaar is de Kerk dit verhaal gaan lezen. Vandaag op “Palmzondag”, maar ook op de laatste zondag voor de Advent, de zondag waarop het Koningschap van Jezus van Nazareth wordt gevierd. De eerste zondag van de Advent wordt dat het verhaal van Zacharias en Elisabeth gelezen zodat de kring weer rond is.
Maar dat Koningsverhaal van Jezus van Nazareth wordt meestal verteld als contrast, als tegenstelling. Zo hoog Jezus hier verheven lijkt zo pijnlijk zal zijn verblijf in Jeruzalem zijn waar hij wordt gekruisigd, of zo armoedig zal zijn geboorte in de stal van Bethlehem zijn. Jezus van Nazareth zelf ziet het anders. Als de mensen niet zouden juichen dan zouden de stenen in de straat het wel uitschreeuwen.
Het Koningschap van Jezus van Nazareth was toen een politieke demonstratie en dat hoort het nu eigenlijk nog steeds te zijn. Niet hoog te paard, ver van de mensen, omringt door gewapende soldaten en banieren om indruk te maken, maar op een ezel, dichtbij de mensen, over de mantels van zijn volgelingen midden tussen mensen die palmtakken zwaaien. Een politiek contrast, welke koning kies je? Dat laat ook zien wat er van Jeruzalem terecht was gekomen. Jeruzalem was niet een stad van vrede geworden, een stad van delen met de armsten, maar een stad van onderdrukking, van handel en het aanbidden van winst en profijt. Op het hoogtepunt van de intocht huilt Jezus over deze verwording en als hij de stad is binnengereden begint hij de Tempel te bevrijden van alle aanbidding van winst en profijt, hij ramt de handelaars de voorhof uit.
Niet oorlog en geweld zijn de wapens van de leerlingen van Jezus van Nazareth, niet de aanbidding van winst en profijt, maar de Vrede en mantels op de grond en takken van de bomen. De Koning der Koningen, de eigenaar van Hemel en Aarde, de Kurios, onze Keizer van de wereld rijdt niet op schitterend getuigde paarden of in draagkoetsen, laat staan in gepantserde limousines, omringt door beveiligers, maar is op een ezel bereikbaar voor iedereen die hem wil toejuichen.
Zo volstrekt anders is deze Heer van de Wereld dat de volgelingen een groot politiek gevaar opleveren. Als iedereen werkelijk zou delen met de armen, als werknemers niet meer in bedrijven zouden willen werken als ieders inbreng daar niet gelijkelijk wordt gewaardeerd, als we alleen nog maar Fair Trade producten zouden kopen, als niemand meer naar de oorlog zou willen gaan maar alle jongeren na hun studie hun kennis gingen overdragen aan jongeren die geen school in de buurt hebben dan zou de wereld er heel anders uitzien. Wij kunnen dus vandaag de wereld veranderen.
Want de intocht van Jezus van Nazareth loopt uit op zijn doortocht door de dood. Zijn opstanding maakt dat wij mogen geloven in de komst van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Daar zal alle strijd gestreden zijn en alle leed geleden zijn. Zwaaiend met palmtakken maken we de aarde zo mooi dat God zelf uiteindelijk op deze aarde zal willen wonen. Onze keus voor welke koning we willen dienen bepaald de toekomst van de aarde, maar we mogen er op vertrouwen dat de Liefde overwint, dat God echt de Heer van de wereld is.
Amen
Geef een reactie