Lezen: Prediker 2:1-11
Lucas 12:13-21
Gemeente,
Allemaal lucht en najagen van wind. Mooi dat de Bijbel ons in de zomer toestemming geeft om het werk het werk te laten en lui achterover te leunen. Nu mag je van de Bijbel best rusten en plezier maken maar daar gaat het in het leven dus niet om. Dat is ook de boodschap van het boek Prediker. Vandaag lezen we het tweede van twee experimenten die prediker heeft gehouden. Eerst heeft hij het geprobeerd met wijsheid, zou daar de zin van het leven in schuilen? Hij komt tot de conclusie van niet. Wie kennis vermeerdert, vermeerdert ook smart. Je alleen op de wijsheid richten is het dus niet. Overigens is die stelling zeer in strijd met de wijsheidsliteratuur die we uit Israël kennen, maar Prediker neemt zijn conclusie zeer serieus en probeert het vervolgens met de dwaasheid.
Prediker heeft zich ondergedompeld in de vreugde van de wijn zo begint zijn experiment. Dat hij met de wijn begint is niet zo vreemd. Van alle krachten op aarde is volgens de wijsheidsliteratuur de wijn het sterkste. Die heeft immers op ieder mens dezelfde uitwerking. Of je nu rijk bent of arm, wijs of dwaas, man of vrouw, allochtoon of autochtoon, als je te veel wijn drinkt spreek je uiteindelijk allemaal dezelfde onzin. Het Romeinse spreekwoord In vino veritas, in wijn ligt de waarheid, is dan ook volgens de Prediker grote onzin. In onze dagen weten we dat drank meer kapot maakt dan ons lief is. In veel kerken biedt men bij het avondmaal naast wijn ook druivensap aan. Maar in gemeentehuizen en grote bedrijven wordt bij recepties gewoon wijn en bier geschonken, ook al moeten veel mensen nog per auto naar huis. De vreugde van de wijn brengt je dus zeker niet dichterbij de zin van het leven.
Zou dan rijkdom en overvloed de zin van het leven zijn. Prediker heeft grootse dingen ondernomen om dat na te gaan. De vragen die hij stelt heeft hij zeker ook serieus genomen. Hij heeft paleizen gebouwd en wijngaarden aangelegd, tuinen en parken aangelegd en een keur van vruchtbomen daarin geplant, waterbekkens gegraven om een bos met jonge bomen te bevloeien, slaven en slavinnen gekocht en zich zo omringt met gelukkige gezinnen. Hij bezat veel vee, heeft goud en zilver opgestapeld en zich ingelaten met de jet set van zijn tijd, geleefd als een playboy omringt door de beste zangeressen en aanbeden door de mooiste vrouwen. Daarbij bleef hij wijs. Maar leverde dat enige zin op? Als hij er op terugkeek was er maar een conclusie mogelijk, het had geen enkel nut onder de zon.
Nu zullen velen de Prediker tegenwerpen dat het toch mooi is je kinderen meer na te laten als waar je zelf mee begonnen bent. Je kunt het wel niet meenemen maar je kunt het wel doorgeven. Als je ruzie wil nalaten moet je zo beginnen. Volgens begrafenisondernemers leiden erfenissen van enige omvang tot de grootste ruzies tussen erfgenamen, ruzies die zelfs rond het graf of in het crematorium worden voortgezet. Nee de vraag die Prediker zich stelt is dezelfde als de rijke man zich stelt in de gelijkenis die Jezus vertelt als hij gevraagd wordt als bemiddelaar op te treden in een erfeniskwestie. Zijn antwoord is eigenlijk hoed u voor hebzucht. Prediker zal uiteindelijk vaststellen dat wijzen en dwazen zonder enig verschil allemaal dood gaan.
Daarom kennen we het spreekwoord dat je je rijkdom niet mee kunt nemen. Waarom proberen we dan meer rijkdom te krijgen dan we ooit bij ons leven op kunnen maken? Ja de rijksten in onze samenleving verzamelen zelfs zo veel rijkdom dat ook hun kinderen en wellicht hun kleinkinderen niet in staat zijn op het op te maken. Geld maakt niet gelukkig is een ander spreekwoord, in de Bijbel wordt geld zelfs bestempeld als de wortel van alle kwaad. Natuurlijk is het makkelijk als je het hebt. Natuurlijk moet je er verstandig mee omgaan. En, let wel, de Bijbel heeft niets tegen rijkdom op zich. Als we allemaal mee zouden kunnen delen van het land dat overvloeit van melk en honing is er niets verkeerd. Maar dat doen we niet. De meeste rijkdom is verkregen door de armoede van velen. De waarschuwing ons te hoeden voor hebzucht geldt voor iedereen. In de bede die we in het Evangelie van Lucas bij de les over het bidden kunnen lezen gaat het alleen over het brood dat we vandaag nodig hebben. Dat is voor ons genoeg. Als we dat uitstralen dan behoeden we misschien ook een ander voor hebzucht en het bijbehorende ongeluk.
Jezus van Nazareth stelt de dwaasheid van het streven naar meer rijkdom dan je nodig hebt weer aan de orde. Heb je extra bankrekeningen geopend, een mooie beleggingsportefeuille geopend dan loop je de kans nog dezelfde dag dood te gaan. Het zal de nodige verbazing hebben gewekt. Het was heel gewoon om bij de verdeling van een erfenis een gewaarderde religieuze voorganger om hulp te vragen. Maar volgens Jezus geeft de leer van Mozes voldoende richtlijnen om het probleem op te lossen. Heb je naaste lief als jezelf, maak je niet druk over het verkrijgen van bezit, maak je geen zorgen voor de dag van morgen, meer als brood voor een dag heb je echt niet nodig.
We hoeven ons dus geen zorgen te maken voor de toekomst. Veel mensen zijn dat verleerd. Je geen zorgen maken over de dag van morgen. Natuurlijk, als je honger hebt zijn er zorgen over het krijgen van eten, maar zorgen over wat je aantrekt, of hoe je er uit zult zien verdwijnen direct als je naar eten moet zoeken. Maar wat dan in tijden van misoogst? Het is toch goed iets achter de hand te hebben als het slecht gaat met de economie. Ook daarin voorziet de leer van Mozes. Elk dorp en elke stad moest een voorraadschuur hebben die voldoende had om de bevolking een slechte economische periode door te helpen. In onze dagen is ons sociale verzekeringsstelsel er op gebaseerd en we moeten dus zeer uitkijken dat af te breken onder het mom dat je individueel je ook wel kunt sparen voor ziekte en zorg.
Alle uiterlijkheden zijn dan ook volstrekt onbelangrijk. Er wordt ons wel aangepraat hoe belangrijk al dat uiterlijk vertoon is, de make overs vliegen je om de oren, maar eigenlijk is het geluk van de mensen het allerbelangrijkst. Daarom klinkt vandaag ook de roep om je bezig te houden met het Koninkrijk. Daar wordt gedeeld en hoeft dus niemand meer zorgen te hebben over het eten, zijn dus alle zorgen verdwenen. Daar valt het onderscheid tussen rijk en arm, tussen slaaf en vrije, tussen man en vrouw, tussen christen en moslim, weg. Daar is geen angst meer en geen bedreiging. Dat Koninkrijk ligt voor het grijpen. Het is ons geschonken door de God van Liefde, we hoeven het alleen te aanvaarden en in de praktijk te brengen. Make overs zijn dan overigens in het geheel niet voorbij. Maar het zijn hele andere make overs dan van mensen en auto’s. Het is een make over van de totale samenleving. Ineens wordt al wat leeft belangrijk en gooien we geen mensen, dieren en kostbare grondstoffen meer weg.
Het is de make over naar de nieuwe hemel en de nieuwe aarde die zo mooi zal zijn dat God er zal willen wonen. Dat is een erfenis die we graag aan onze kinderen willen nalaten. Dat is het enige dat al ons zwoegen onder de zon waard is, al het andere is leegte en najagen van lucht. Maar het is een last die licht is, een juk dat niet hoeft te drukken. Zorgen voor de naaste levert elke dag vreugde op en zorgt voor de dag van morgen, voor die naaste en daardoor ook voor jezelf en je nakroost tot in het duizendste geslacht. Aan het werk dus, aan dat nieuwe Koninkrijk.
Amen
Geef een reactie