Lezen: 1 Samuël 1: 1-20
Lucas 10: 38-42
Gemeente.
Twee zielige vrouwen, de een kan geen kinderen krijgen en wordt gepest en de ander nodigt een gast uit en moet dan in haar eentje het vuur uit de sloffen lopen om de gasten te bedienen. Beide stellen vragen en over die vragen gaat het. Het meest nog over de vraag van Martha, die klinkt ons nog het meest bekend in de oren. Omdat dat te begrijpen kijken we eerst eens naar Hanna. In de loop van de tijden is het krijgen van voldoende kinderen in elke cultuur een belangrijke zaak. Die kinderen zijn een verzekering voor een ongestoorde oude dag voor hun ouders. De “babyboom” van na de Tweede Wereldoorlog heeft bij ons het zicht daarop wat verduisterd. Voor de generatie van de jaren 20 en 30 van de vorige eeuw waren er genoeg kinderen geboren om hen een onbezorgde oude dag te bezorgen.
Maar in onze dagen dringt zich het besef door dat er voldoende jongeren moeten zijn om de ouderen een onbezorgde oude dag te bezorgen. De hele discussie over de AOW leeftijd gaat daarover, over de verdeling van de lasten tussen de jongeren en ouderen. Ook in de dagen van Elkana, waar het verhaal van vandaag mee begint, was de noodzaak van voldoende kinderen aanwezig.
Hanna had geen kinderen, Peninna wel. Hanna was dus zielig en Peninna niet. Maar Hanna was eigenlijk helemaal niet zielig omdat ze geen kinderen had, Peninna had genoeg kinderen voor hen allebei en de verhalen uit de Bijbel gaan ook altijd over delen. En als het op delen aankwam dan kreeg Hanna altijd het beste deel van haar echtgenoot. Maar Hanna was zielig omdat ze gepest werd. Pesten is een van de meest gemene manieren om iemand te kwetsen. Mensen kunnen daardoor zo gekwetst worden dat ze er aan dood gaan, al lijkt het dan er op of ze zelf een eind aan hun leven maken. Hanna was daar niet ver van af. Maar zij zocht eerst in de Tent der ontmoeting, waar de goddelijke richtlijnen voor de menselijke samenleving, de leer van Mozes, werden bewaard, de hulp van die God.
Ze was zo ver heen dat de hoge priester Eli dacht dat ze dronken was. Dat was ze dus niet en als ze zo hartstochtelijk iets van God vroeg dan moest die dat toch wel geven zei Eli. Die zoon kreeg ze ook, niet van God maar van Elkana. Maar het was de leer van Mozes, de richtlijn van Liefde en delen die haar op het goede spoor had gezet, haar zoon zou dan ook opgedragen worden aan die God. De vraag van Hanna om een kind was dus geen vraag voor haarzelf, kinderen zijn je bezit niet, maar een vraag voor het gezin. Pesten verpest het klimaat en als de reden voor pesten is weggenomen komt dat iedereen ten goede. En dan die zielige Martha. Als je het Bijbelgedeelte van vandaag leest dan is het toch wel heel erg verbazend dat de rol van vrouwen in de Kerk zo lang de rol van Martha was en in sommige kerkgenootschappen de Maria’s nog steeds niet de erkenning krijgen die Jezus van Nazareth in zijn dagen aan Maria gaf.
Dat zorgen van die Martha is natuurlijk niet geheel verkeerd, maar er waren ongetwijfeld ook mannen in de buurt die hadden kunnen helpen. Het was Martha die Jezus en zijn volgelingen had uitgenodigd. En wat had ze daar nu aan? Ze zwoegde en sjouwde om het iedereen naar de zin te maken. Annie M.G. Schmid beschreef die rol eens voor een jarige moeder, als moeder jarig is dan is ze nog niet jarig. Het belangrijkste op dat moment was het leren dat Maria deed.
Zo wordt ons dat uitgelegd. Zielige Martha en verstandige Maria. Maar als een groep mannen vergaderen met een enkele vrouw wie mag dan de koffie inschenken? Martha, we verwachten niet anders. Maria doorbreekt de bestaande verhoudingen niet alleen voor zichzelf maar voor alle vrouwen. Lucas zet onze bestaande verhoudingen heel fijntjes ter discussie en wij maken er een vroom verhaal van. Naar Jezus luisteren, horen hoe je je naaste lief kunt hebben als jezelf, weten wie je naaste is het beste. Doen is weer iets heel anders. Toch gaat de vraag van Martha over het doen, het dienen van de gasten. Martha moet dus leren dat bedienen toch heel iets anders is dan dienen.
En de leerlingen moeten leren dat je laten bedienen jezelf boven de ander stelt. Het beste is dus die rollen, die vanzelfsprekendheid om te draaien. Dat houden van je naaste als van jezelf ook kan betekenen dat je kiest voor jezelf ook al is dat voor de ander vervelend. De vraag was immers wie de naaste was van het slachtoffer langs de kant van de weg. Maria kiest voor die doorbraak en geeft daarmee Martha de kans dat ook te doen. Waren ze allebei aan het bedienen van al die mannen geslagen dan had zich de vraag naar de eerlijke taakverdeling nooit voorgedaan en hadden we er ook vandaag nog steeds niks van kunnen leren. Dat is nu anders.
We weten dat de Maria uit dit verhaal niet anders werd behandeld dan de apostelen en de leerlingen van Jezus van Nazareth. Zonder er veel woorden aan vuil te maken maakt het Evangelie van Lucas duidelijk dat er geen onderscheid is op het moment dat je met het Evangelie van Jezus van Nazareth bezig bent. Vrouwen die theologie hebben gestudeerd, vrouwen die ouderling of diaken willen worden, vrouwen die willen preken en de eucharistie bedienen hebben daar dus net zo veel recht op als mannen.
Sterker nog, als vrouwen zich aandienen dan is dat anders dan in de wereld. In de wereld verdienen vrouwen in dezelfde functie minder dan mannen. In de wereld mogen de vrouwen de koffie schenken terwijl de mannen vergaderen, in de wereld mogen de vrouwen de toiletten schoonmaken voor de managers met topinkomens en extra bonussen, in een echte christelijke kerk wordt er geen onderscheid gemaakt tussen mannen en vrouwen. Door het verhaal van Jezus van Nazareth met Maria en Martha worden vrouwen bevrijd van hun bedienende rol die hen in de wereld maar al te vaak, en tot schade van die samenleving, wordt opgedrongen. Er is maar één ding noodzakelijk en dat is dat je jezelf leert waarderen zodat je je naaste nog meer kunt liefhebben. Dat is pas dienen en daar houdt het bedienen helemaal op om nooit meer terug te keren.
Het gaat bij Hanna om het antwoord, het besef dat alleen de liefde telt en dat daarom een kind kan worden opgedragen aan God zodat een heel volk bij de leer van Mozes gehouden kan worden. Bij Martha gaat het om de vraag. Die vraag stelt de verhoudingen aan de orde, die vraag leert ons wat voor een ieder van ons gewoon en vanzelfsprekend is. Door Maria als voorbeeld te stellen leren we dat de bestaande verhoudingen ons nooit kunnen bevredigen als daar bedienen in de plaats komt van dienen, of dat nu in topfuncties in het bedrijfsleven of bij de aanstelling van de huishoudelijke hulp gebeurd.
Uiteindelijk belooft de Bijbel ons een wereld waar alle leed geleden is, waar iedereen gelijk is en mee deelt in de vreugde van God. Aan die nieuwe wereld mogen we nu al gaan bouwen. En elke dag opnieuw mogen we er als nieuw weer aan beginnen.
Amen
Geef een reactie