Lezen: Ruth 2: 5-23
<!– /* Style Definitions */ p.MsoNormal, li.MsoNormal, div.MsoNormal {mso-style-parent:""; margin:0cm; margin-bottom:.0001pt; mso-pagination:widow-orphan; font-size:12.0pt; font-family:"Times New Roman"; mso-fareast-font-family:"Times New Roman";} @page Section1 {size:612.0pt 792.0pt; margin:70.85pt 70.85pt 70.85pt 70.85pt; mso-header-margin:35.4pt; mso-footer-margin:35.4pt; mso-paper-source:0;} div.Section1 {page:Section1;} Johannes 3:1-16
Gemeente
Vandaag is het zondag Trinitatis, de zondag van de drie-eenheid, Vader, Zoon en Heilige Geest zijn één God. De witte kleur van de liturgie geeft aan dat het een feestdag is. God heeft zich geopenbaard en die openbaring mogen we vieren. Op het rooster van lezingen staat daarom vandaag nog een lezing die gaat over die openbaring: Exodus 3: 1-6. Dat lees ik nu:
1 ¶ Mozes was gewoon de schapen en geiten van zijn schoonvader Jetro, de Midjanitische priester, te weiden. Eens dreef hij de kudde tot voorbij het steppeland, en zo kwam hij bij de Horeb, de berg van God.
2 Daar verscheen de engel van de HEER aan hem in een vuur dat uit een doornstruik opvlamde. Mozes zag dat de struik in brand stond en toch niet door het vuur werd verteerd.
3 Hoe kan het dat die struik niet verbrandt? dacht hij. Ik ga dat wonderlijke verschijnsel eens van dichtbij bekijken.
4 Maar toen de HEER zag dat Mozes dat ging doen, riep hij hem vanuit de struik: ‘Mozes! Mozes!’ ‘Ik luister, ‘antwoordde Mozes.
5 ‘Kom niet dichterbij, ‘waarschuwde de HEER, ‘en trek je sandalen uit, want de grond waarop je staat, is heilig.
6 Ik ben de God van je vader, de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob.’ Mozes bedekte zijn gezicht, want hij durfde niet naar God te kijken.
Hier is een directe ontmoeting tussen de God van Israël en Mozes. Maar in de overige lezingen van vandaag speelt een directe relatie tussen God en gelovigen op een heel andere manier een rol. Zo zullen er onder ons ook maar weinigen zijn die een brandende struik hebben gezien van waaruit de stem van de God van Israël geklonken heeft. Toch zeggen we tegen elkaar dat we spreken tot die God in ons gebed en dat we er op mogen vertrouwen dat die God met ons meegaat zelfs al gaan wij door een dal van diepe duisternis. En dat God zelf zegt dat hij niet zomaar de God van Abraham, Izaak en Jacob is maar de God van Abraham is en de God van Izaak is en de God van Jacob is zegt ons dat God voor elk van hen op een eigen manier verschenen is.
De drie-eenheid is in de geschiedenis vaak een omstreden begrip geweest. Als je Jehova getuigen aan de deur krijgt loop je de kans dat ze je willen overtuigen van de onzin van de drie-eenheid, 1+1+1=3 en niet 1. Over kerkvader Augustinus gaat zelfs een anekdote die verband houdt met de drie-eenheid, hij liep eens te piekeren op het strand over de vraag hoe dit leerstuk nu goed onder woorden te brengen toen hij een klein jongetje zag dat water uit de zee in een kuiltje stond te scheppen. Toen hij aan het jongetje vroeg wat die aan het doen was antwoordde die dat hij de zee leeg wilde scheppen in zijn kuiltje. Maar dat kan niet zei Augustinus, nou zei het jongetje u probeert toch ook het geheim van de drie-eenheid in uw kleine hersenpan te krijgen? Toen snapte Augustinus dat het geheim van de drie-eenheid ondoorgrondelijk is staat er dan in het verhaal. En dan houden theologen vaak op om er verder over te praten, je moet het maar geloven. Maar dan maken we ons er te gemakkelijk van af.
Want dat God zich op meerdere manieren aan ons kan openbaren is uitermate Bijbels en voor de eenheid van de gemeente tamelijk nuttig, we hoeven de manier waarop wij God ontmoeten niet aan een ander op te leggen. Augustinus had een andere kerkvader als leraar, Tertulianus en voor die kerkvader was de drie-eenheid heel wat eenvoudiger. Hij gebruikte een beeld waarvan ik denk dat het ook hier in West-Friesland wel begrepen zal worden. Net als in Noord-Afrika waar Tertulianus vandaan kwam heeft men hier nog weet van bloemen en planten. Tertulianus wees er op dat we een bloeiende plant in zijn geheel bij haar naam noemen. Maar we noemen ook de bloem alleen bij dezelfde naam, ook de wortels noemen we bij die naam, zo ook de stengel met de bladeren, van sommige planten zelfs alleen de bladeren. Toch vormen die allemaal een eenheid. Ze verschijnen allemaal op een eigen manier, hebben een eigen functie maar vormen desondanks een eenheid. Bij planten is 1 wortel + 1 stengel + 1 bloem wel degelijk 1 plant.
Juist het idee van de drie-eenheid kan ons behoeden voor het losknippen van één van de drie zoals in de kerkgeschiedenis vaak is geprobeerd. God de Vader, schepper van hemel en aarde werd losgeknipt van God de Zoon die dan als de werkelijke God werd gezien, de scheppende God had zijn werk niet goed gedaan en was dus niet de echte God die mensen kon bevrijden, en in onze dagen lijkt het er soms op dat God de Geest losgeknipt wordt van de Vader en de Zoon omdat die te hoge eisen stellen aan ons geloof. De Geest moet dan voldoende zijn. Zo zijn er ook mensen die Jezus van Nazareth los knippen van God en van de Heilige Geest. Jezus van Nazareth is dan alleen maar mens en niet meer God die laat zien hoe een mens naar zijn beeld en gelijkenis er eigenlijk uit zou moeten zien, eigenlijk bedoeld is. Jezus is dan een goed mens zoals er veel goede mensen zijn geweest, een voorbeeld zoals er veel voorbeelden zijn geweest.
Het heeft enkele eeuwen geduurd voordat de Kerk onder worden had gebracht dat de Vader en de Zoon één in wezen zijn, de ene God zijn waarvan al in het Oude Testament, de Hebreeuwse Bijbel werd getuigd, maar dat Jezus van Nazareth tegelijk waarachtig God en waarachtig mens was. Toen men dat onder woorden had gebracht was de vraag waar nu die Heilige Geest vandaan komt, vorige week vierden we dat nog, de uitstorting van de Heilige Geest. Enkele 10 tallen jaren waren nog nodig voordat men onder worden had gebracht dat de Geest uitgaat van de Vader en de Zoon en zo staat het sinds eeuwen in de geloofsbelijdenis van Nicea, die met de persoon van de Heilige Geest werd aangevuld op de synode van Calcedon. Die geloofsbelijdenis van Nicea wordt door de Kerk tot haar belijdenis gerekend. Dat is bij de vorming van de Protestantse Kerk Nederland opnieuw zo in de orde van de Kerk gezet.
Maar wat heeft die kerkgeschiedenis en die ingewikkelde discussie nu met ons vandaag te maken? Om dat antwoord te vinden hebben we vandaag de verhalen van Ruth en van Nicodemus gelezen. Want wellicht dat die verhalen ons kunnen helpen. Dat verhaal van Nicodemus lijkt ook wel zo’n ingewikkelde theologische discussie. Geboren worden uit water en geest en opnieuw geboren worden, wat moeten we er mee? Laten we daarom eerst eens kijken naar het verhaal van Ruth. We hebben horen lezen over haar ontmoeting met Boaz en het eerste resultaat van die ontmoeting. We kunnen ons waarschijnlijk nog wel de afloop van het boek Ruth herinneren, Ruth en Boaz trouwen, krijgen een kind en dat zal de grootvader van Koning David worden. Maar er gaat nog een verhaal aan vooraf en dat gaat ook over de vragen die wij ons vandaag stellen.
Noömi de schoonmoeder van Ruth gaat met haar man en zoons op de vlucht voor hongersnood. Ze worden economische vluchtelingen zouden we tegenwoordig zeggen. En ze worden opgenomen in het land van Moab. Dat is al heel bijzonder. Toen het volk Israël door de woestijn trok op weg naar het beloofde land had Moab de doortocht geweigerd ondanks het feit dat Israël zonder water zat en het volk dorst had. Die weigering was zo grievend geweest dat in de Tora de bepaling was opgenomen dat nooit een inwoner van Moab toegelaten mocht worden tot het volk Israël. Toch was het gezin van Noömi opgenomen en had zich daar mogen vestigen. Haar zonen hadden zelfs mogen trouwen met de dochters van Moab en gastvrijer kon je niet worden. Die dochters hadden gehoord van de godsdienst van Israël, de godsdienst van delen, van heb je naaste lief als jezelf. Toen de man en de zonen van Noömi waren gestorven had Ruth zich bij haar schoonmoeder gevoegd en de godsdienst van Israël aangenomen. De Geest van God was vaardig geworden over haar en in Ruth was het volk van Moab wedergeboren mogen we met Johannes zeggen.
Ruth blijft in de volksmond evengoed van dubieuze afkomst. Maar die afkomst is net zo dubieus als die van Boaz. Die stamt af van Perez de zoon van Juda en is daarmee een vooraanstaand lid van de stam Juda. Maar Perez was ook de zoon van Tamar de schoondochter van Juda en uit een overspelige verhouding was Perez geboren. Uit het verhaal blijkt dat voor beiden geldt dat de Geest van de God van Israël hen rechtvaardigd. Want dat laten lezen van aren door de armen is een uitdrukkelijk gebod uit de Tora en Boaz zal dat gebod genereus, ruim, laten uitvoeren. Ruth komt thuis met een volle zak graan.
Zo leert ons het verhaal van Ruth dat we niet alleen moeten letten op de letter van de Bijbelse boodschap maar zeker en waarachtig ook op de Geest van de Bijbelse boodschap. Volgens de letter was Ruth nooit toegelaten tot het volk en had Boaz niet zo’n hoge positie kunnen opbouwen. Volgens de Geest van God hadden beiden begrepen wat het betekent op te komen voor de weduwe en de wees, Ruth voor de weduwe Noömi en Boaz voor de weduwe Ruth.
Wie de vier evangelieën leest zal ontdekken dat de strijd tussen Jezus van Nazareth en de Farizeeën eigenlijk voortdurend gaat over die manier van lezen van de Wet, doe je dat naar de letter of doe je dat naar de geest. Nicodemus hoort bij de bovenlaag van de Farizeeën, hij was zelfs nog betrokken bij de begrafenis van Jezus volgens het verhaal van Johannes. Hij krijgt te horen dat als de oude weg van lezen naar de letter niet wordt ingewisseld door lezen naar de Geest het nooit wat kan worden met dat Koninkrijk van God. Daarbij brengt Jezus ook zichzelf in het geding. Want hij is mens, geboren uit een mens net als Nicodemus, net als wij allemaal. Maar daarbij is hij ook de Mensenzoon uit het verhaal van Daniël, koning van de hemel die moet oordelen over de levenden en de doden, de God die onder ons gewoond heeft. De liefde, die ons toevalt in de Geest, is daarbij de sleutel, dat beroemde en soms beruchte laatste vers uit onze lezing over alzo lief heeft God de wereld gehad, zegt ons dat Jezus en mens en God was zodat we kunnen zien dat de liefde ons richting kan geven en ons kan redden van een doods en leeg leven. Vader, Zoon en Geest vallen hier samen.
En Vader en Zoon alleen? Mannen schrijven dat zo gemakkelijk en spreken dat dan ook gemakkelijk na. Gelukkig hebben we het boek van Ruth. Het gebod waar het daar over gaat is de zorg voor de weduwe en de wees. Vooral de Weduwe. Eerst gaan alle mannen dood voordat we zien dat Ruth het als bij uitstek vrouwelijk ziet om bij haar schoonmoeder te blijven, in die familie is zij ingetrouwd en die familie zal ze blijven steunen, “uw God is mijn God, uw volk is mijn volk” En Ruth en Boaz handelen wat dat betreft gelijk.
Maar dan die wedergeboorte wat moeten we daar nu mee aan, zo zullen velen de vraag van Nicodemus samenvatten. Wedergeboren Christenen zijn tegenwoordig de grootste opscheppers, ze weten dag en uur van hun wedergeboorte. En ze verwerpen ongeveer alles wat ze niet kennen of waar ze niet van houden onder het motto dat het niet van God mag. Hoog tijd dus om eens te lezen wat er echt in de Bijbel vertelt wordt. Dat Evangelie van Johannes wijkt nog al af van de andere drie. Dat komt omdat Johannes zich tot een ander soort publiek richt. Het publiek van Dan Brown en het Evangelie van Judas. Toen het Christendom populair werd, maar ook vervolgd, waren er heel veel mensen die het verhaal van Jezus probeerden te vergeestelijken.
Het had dan niet meer te maken met de manier waarop de samenleving was ingericht maar het was iets persoonlijks waar je heerlijk over kon filosoferen maar dat verder geen gevolgen had. Op zoek naar de geheime kennis heette dat, de Gnosis. Het is een manier van geloven, of bijgeloven, die ook tegenwoordig nog populair is en net zo hard bestreden dient te worden. Uiteindelijk leidt deze manier van geloven namelijk weg van de bedoeling van Jezus van Nazareth. We zien dit aan het verhaal van vandaag.
We weten al dat Jezus het druk had, met wonderen en genezingen. “Nou” zo begint Johannes, “al die mensen die op wonderen afkomen zijn maar dubieuze gelovigen”, weg is het succes van de gebedsgenezers. Vervolgens vertelt hij over een gesprek dat een godsdienstig leider van die tijd eens rustig met Jezus wilde hebben. Dat kon alleen in de stilte van de nacht als die wonderzoekers waren gaan slapen. Die Nicodemus wil wel eens weten hoe het met die wonderen zit. En Jezus verwerpt de eigen wonderen en vertelt dat je van boven geboren moet worden. Dat opnieuw, zoals wij het meestal vertalen, is in het grieks namelijk ook “van boven”, en dat betekent dat we ook mogen zeggen dat we niet zozeer opnieuw maar als nieuw geboren moeten worden. Zoals je na een warme dag werken gaat zwemmen, dan voel je je als nieuw geboren, het stof en zweet van alle dag wordt afgespoeld en je bent een nieuw mens. Nou was die Nicodemus ook goed thuis in de Wet van de Woestijn. Die wet was voor veel mensen verworden tot een dorre verzameling regels en Jezus voegt er daarom de Geest van God bij. De Geest waarin die Wet van de Woestijn ontstond, de geest van liefde die is nodig voor een nieuw soort koninkrijk onder de Wet van heb uw naaste lief als uzelf.
Mensen die hun oude gewoonten afspoelen, en met een nieuwe geest van liefde in het leven staan, dat is wedergeboorte, dat doe je samen. Dan weet je niet wat je overkomt, het is niks geestelijks meer, maar ineens gaan mensen opbloeien, is er aandacht voor de armen, voor de verworpenen der aarde. Dan gaat het weer over zeer aardse zaken zoals Jezus op het eind van het verhaal benadrukt. En het mooie is dat het elk moment weer opnieuw kan en mag beginnen. Elke morgen als je opstaat mag je als nieuw geboren mens weer de dag beginnen, opnieuw beginnen met de bouw van het Koninkrijk van God.
De drie-eenheid is een handig theologisch begrip. We weten waar we de Vader kunnen vinden, we weten wat de Zoon voor ons heeft gedaan en we kunnen ons laten leiden door de Geest. Maar hoe we God willen zien mogen we daarbij zelf uitmaken. We mogen geen gesneden beeld van die God maken, met een gesneden beeld in een Tempel zouden we eens en voor altijd uitmaken hoe ieder van ons God zou moeten zien, mannelijk of vrouwelijk, jong of oud, streng of liefdevol, zwart of blank, slaaf of koning. God openbaart zich echter op de manier die mensen nodig hebben. Zo lief heeft God de wereld gehad. Daarom kunnen slaven van allerlei soort God als bevrijder herkennen. Vrouwen die door mannen als tweede rangs worden neergezet, slaven van de economie en van winst en profijt kunnen leren van de mogelijkheid die delen biedt zoals Boaz liet zien. Op wereldschaal en in onze tijd zeggen we dan dat de onderdrukte volken een beeld van God hebben dat hen bevrijdt, dat de armen een beeld van God mogen hebben dat hen bevrijdt van de armoede, dat rijke volken een beeld van God kunnen hebben dat hen bevrijdt van de slavernij die de rijkdom oplegt.
Dat wij mogen zien dat elk van ons vanuit en met de Heilige Geest moet proberen ons leven in te richten op de manier en de plaats die ons gegeven is en dat we daarbij de mens Jezus van Nazareth als ons voorbeeld mogen zien. Maar losknippen van Vader, Zoon en Geest, kan niet. Zoals de afzonderlijke tonen in een akkoord op het orgel nooit het akkoord zelf kunnen laten weerklinken kunnen we over God nooit spreken zonder het over Vader, Zoon en Heilige Geest te hebben. Dat onze God een drie-enig God is zegt ook dat onze God alle verstand te boven gaat, dat we van onze God als mensen geen voor iedereen vaststaande voorstelling kunnen maken, zegt ook iets over de ontzagwekkende grootheid van onze God die ons tegelijkertijd zo nabij wil zijn. En het bevrijdt ons ook van de neiging ons eigen beeld van God op te leggen aan anderen, ook daarvan zijn we bevrijdt. Zo blijven dan geloof, hoop op een nieuwe hemel en een nieuwe aarde en de liefde voor de minsten onder ons, en de meeste daarvan is de liefde.
Amen
Geef een reactie